Vertrouw geen Zwitser

17 december 2017 - Coffin Bay, Australië

'Mooi man...' verzucht ik.  Het is vrijdagmiddag en we staan aan de oever van een opgedroogde rivier. Ik kijk omhoog naar de  kruinen van talloze gigantische eucalyptusbomen maar kan dit keer geen koalakontje ontwaren (ze zijn inmiddels levend en wel gespot en extreem schattig). Standplaats:  Mount Remarkable. Een onverwacht prachtige plek na kilometers droog en dor strolandschap. Alleen de vliegen gedragen zich alsof ze zijn uitgenodigd voor een feestje met mijn gezicht als feestlocatie. Ga! Weg!
Na de adembenemende natuurpracht van de Great Ocean Road zijn we verwend geraakt en moeten we wennen aan iets minder knappe delen land. Íets minder maar, want lelijk duurt tot nu toe nooit lang.
Fijn deze plek. Vanochtend was ik even klaar met de krappe behuizing en 'mama, ik was nét te laat bij de wc....' en mogelijk een ietsiepietsie gehumeurd. Maar net als lelijke landschappen duurt ook deze gemoedstoestand nooit erg lang.
We wandelen een klein stukje verder langs de opgedroogde bedding, ietwat op onze hoede voor slangen. Inmiddels hebben we er een paar gezien, liggend langs een wandelpad of vanuit de auto maar ze zijn tot nu toe vooral gaaf om te zien en weinig angstaanjagend.
Na het loopje gaan we de avondroutine in. Morgen verder naar Port Lincoln en een plaatsje met de illustere naam Coffin Bay, beide op het York Peninsula.
De route hier naartoe ging vanuit Port Fairy aan het eind van de GOR via Robe, een populair badplaatsje voor de Adelaidians. Aan een baai, fijn vertoeven. Af en toe plonste er in de verte een dolfijn langs (lang leve de verrekijker!). Daarna langs Coorong National Park, met links en rechts (half) opgedroogde en soms roze zoutmeren wat het dorre landschap een bizar maar tof tintje gaf. Door een Zwitsers stel kregen we de tip naar een camping in Strathalbyn te gaan. Mijn genuanceerde conclusie is: 'Vertrouw nooit een Zwitser', want veel nietszeggender werd het tot nu toe niet.
De plaatsen waar we door rijden zijn trouwens over het algemeen niet om over naar huis te schrijven. Wat dat betreft zijn we in Nederland en Europa verwend met altijd wel een pittoresk dorpje of mooie oude stad binnen handbereik. Naar Australië ga je grotendeels voor de natuur. Zo slaan we ook Adelaide over na meerdere slechte 'reviews' (zelfs van iemand die er is opgegroeid dus tja...) maar we gaan wel de Adelaide Hills in (mede om daar bij een kennis het nieuwe, vanuit Sydney naar dit adres verstuurde paspoort van Morris op te halen. Lang verhaal. Iets met geldigheid en Bali als eindbestemming) en potdorie wat prachtig daar!! Schilderachtig vruchtbaar landschap. Slingerende bergweggetjes langs bos afgewisseld met heuvelachtige wijnakkers (Roger schampt nog even een vangrails- oei -NEEN IK WAS HET NIET). Vanuit daar vervolgden we naar Tanunda, midden in de Barossa Valley, bekend wijngebied. De camping komt voor de kinderen dichtbij het paradijs want er is een waterpark. Omkiepende ballen met water, fonteinen, waterglijbanen, de hele reutemeteut. En omdat we op dag 1 de 40 graden weer bijna naderen is dat een groot kado. De temperatuur belet ons die dag om veel meer te doen dus de wijn mag nog even rijpen in het vat. Met een fietstourtje de volgende dag maken we het een beetje goed, al zorgen de heuvels, de afstanden en oké, ik zal eerlijk zijn; een weinig slimme planning ervoor dat we slechts één 'winery' aan kunnen doen. Misschien maar beter ook. Lallend met kinderen op een fiets in een verder fietsarme omgeving is misschien een beetje dom. We gaan voor de herkansing in het Westen des lands. Na Tanunda dus veel droogte. Groen maakt plaats voor geeltinten en terracotta. We passeren oude kopermijngebieden en volstrekt geïsoleerde boerenbedrijven met lappen land tot aan de horizon en buitenaards aandoende ellenlange sproeiinstallaties.
Soms plat, saai, stoffig en lelijk, maar ik zei al dat dat nooit lang duurt want dan ineens toch weer eigenzinnig mooi. Na Mount Remarkable continueert dit op het York Peninsula. Rauw industriegebied wisselt af met glooiende akkers waar het pas gedorste graan in symmetrisch verdeelde pakjes verspreid ligt, de oceaan glinsterend in de verte.
Port Lincoln valt tegen maar Coffin Bay National Park is schitterend met een ruige kust  en op de route daar naartoe aan weetszijden van de weg laag struikgewas wat als een hoogpolig tapijt op de aarde ligt.
En nu staat de 'Nullarbor' voor de deur: letterlijk 'nul bomen'. Een lang stuk woestijn waar verder niet zoveel is. Een paar dagen veel kilometers maken. Ik ben benieuwd wat ik daarover te melden heb de volgende keer.

Foto’s

1 Reactie

  1. Pete:
    17 december 2017
    Zondagen waren al leuke dagen maar nu helemaal. Komt er steeds een Oz verhaal binnen. Trouwens wat een mooi foto van Morris diep in zijn Donald Duck verhaal.
    Ik had gespiekt en gelezen over reisen tussen Adelaide en Perth. Hele lange rechte wegen midden in een woestijn. Was het 2500km of zo. Dus dat hebben jullie bereikt! Gefeliciteerd! Nou vermoedelijk weinig Zwitsers!! Ik heb ook een aantal ontmoet. Van de voetbalorganisaties en deel jouw mening. Nou sterkte met de minder leuke plekjes...maar dan genieten jullie nog meer van de mooie plekjes! Dikke knuffies!